Begroting 2020

Samenvatting

Financieel beeld

Lange termijn doorkijk

De begroting wordt vastgelegd voor t+14 jaar. Hiermee wordt het mogelijk om meer strategisch inzicht te krijgen op de inzet te van middelen en het begrotingssaldo. Hierbij dient wel opgemerkt te worden dat met de tijd ook de onzekerheid toeneemt van de verwachte inzet van middelen.

Ontwikkeling van de lasten

Toelichting:
In de lasten is ook een effect van de inzet vanuit de programma reserves, op dit moment is dit effect nog niet apart inzichtelijk te maken. Dit is echter wel iets wat in te nabije toekomst zal gebeuren. Hiermee is dan inzichtelijk wat de lasten zijn zonder het effect van inzet van programmreserves.
De lasten in programma 1 nemen op termijn of omdat de komende jaren veel prorgamma reserves worden ingezet wat in de latere jaren juist afneemt. In programma 2 nemen de lasten juist toe, dit is een gevolg van de kapitaallasten die verder oplopen. De kapitaallasten vormen een onderdeel de lasten binnen de programma's

Ontwikkeling van de baten

Toelichting:
Naast de baten die de provincie ontvangt vanuit het provinciefonds en de opcenten motorrijtuigenbelasting, die binnen overzichten en middelen staat, ontvangen we ook baten direct in de programma's. De baat in 2033 binnen programma 1 wordt met name veroorzaakt door PMR IJsselmonde.

Ontwikkeling van de saldo's programma reserves

Toelichting:
De programmareserves zijn reserves die met een bepaald doel zijn ingesteld. Deze programmareserves zijn bij het instellen van de reserve gevoed vanuit de algemene reserve. De huidige programmareserves hebben daarom ook geen effect op het begrotingssaldo. De algemene reserve is geen onderdeel van de programmareserves en is daarom dan ook niet meegenomen in dit overzicht.

Binnen overzichten, middelen en overhead staat een reserve (Begrotingssaldo 2024-2031 ad € 69,4 mln) die ingesteld is om het begrotingssaldo in die periode te mitigeren. De onttrekkingen uit deze reserve komen dus ten gunste van het begrotingssaldo en daarmee landen ze in de algemene reserve. Hiermee is deze reserve dus onderdeel van de algemene reserve. Er zal daarom in de komende P&C producten worden gekeken hoe we dit op een andere manier kunnen presenteren.

Op de langere termijn is wel duidelijke daling van programmareserves te zien. Binnen het resterende saldo zitten ook de risicoreserves binnen de programmareserves.

Verloop kapitaallasten en % kapitaallasten versus de baten

Toelichting:
De kapitaallasten bestaan uit afschrijvingen en rente. De kapitaallasten zijn een gevolg van investeringen en kennen afhankelijk van het type investering een bepaalde looptijd, dit kan tot 30 jaar lang zijn. De kapitaallasten leggen een beslag op baten die de provincie binnen krijgt. Er is gekozen om het als % van de baten in beeld te brengen omdat daarmee beter inzichtelijk wordt welk deel van de inkomsten besteed worden aan de kapitaallasten. Het resterende deel kan voor andere doeleinden worden ingezet. Om een sluitende begroting te houden kunnen deze 2 niet hoger dan 100% worden.

In het kader van de actualisatie van de financiële verordening wordt verkend hoe de begroting flexibel en structureel in evenwicht blijft. De verhouding tussen de kapitaallasten en baten kan mogelijk een manier zijn om de lange termijn effecten van (investerings)besluiten beter te kunnen beoordelen en de flexibiliteit van de begroting te kunnen waarborgen.

De 2de orde rente-effect is de rente die we zouden moeten betalen als de incidentele middelen van €160 mln uit het Coalitieakkoord worden uitgegeven.

Ontwikkeling netto schuld quote

Toelichting:
De netto schuldquote in deze meerjarenbegroting stijgt meerjarig van 50% in 2018 naar 221% in het jaar 2025. De belangrijkste post in de netto schuld zijn de aan te trekken langlopende geldleningen (zie paragraaf Financiering). Grote onzekerheid bij deze cijfers is de mate waarin de komende jaren sprake is van onderuitputting bij de uitgaven (exploitatie en investeringen) en de mate waarin de komende jaren extra gebruik wordt gemaakt van de beschikbare reserves. De mogelijke onderuitputting zal een dempend effect hebben op de schuldquote, extra onttrekkingen uit de reserves een opwaarts effect.

Detail overzicht toevoegingen/onttrekkingen reserves per programmareserve

(bedragen x € 1.000)

Begroot 2020

Begroot 2021

Begroot 2022

Begroot 2023

Begroot 2024

Begroot 2025

Begroot 2026

Begroot 2027

Begroot 2028

Begroot 2029

Begroot 2030

Begroot 2031

Begroot 2032

Begroot 2033

Begroot 2034

Programmareserve 1

20.355

10.884

6.205

9.697

9.670

9.665

9.645

9.628

3.816

3.812

3.810

3.801

3.798

3.795

3.795

Programmareserve 2

33.332

18.266

9.395

1.945

1.845

1.845

10.845

12.845

7.767

4.845

6.767

11.767

1.845

5.845

1.845

Programmareserve 3

15.961

3.000

1.200

1.200

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Programmareserve 4

1.133

1.123

1.123

1.123

1.123

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Overzichten, middelen en overhead

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Toevoegingen

70.781

33.273

17.924

13.966

12.639

11.511

20.491

22.474

11.582

8.658

10.577

15.568

5.643

9.641

5.641

Programmareserve 1

79.224

78.107

17.802

18.047

16.565

16.251

15.451

17.842

10

10

10

10

10

10

10

Programmareserve 2

27.694

13.297

25.097

17.991

10.094

11.819

14.242

10.017

0

4.921

2.000

0

40.921

4.921

20.921

Programmareserve 3

48.060

22.923

13.627

4.383

2.382

0

0

0

227

228

227

228

420

0

0

Programmareserve 4

7.191

1.623

1.187

1.123

1.123

1.123

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Overzichten, middelen en overhead

259

50

0

5.000

10.000

10.000

7.000

9.000

11.000

10.000

5.000

2.354

0

0

0

Onttrekkingen

162.429

116.000

57.712

46.545

40.164

39.194

36.694

36.858

11.237

15.159

7.237

2.592

41.351

4.931

20.931