Begroting 2020

Paragrafen

Paragraaf EU-subsidies

Europese subsidies zijn een belangrijke bron bij de realisatie van onze regionale ambities. In de lopende Europese begrotingsperiode 2014-2020 is inmiddels al voor bijna € 1,3 miljard aan Europese subsidies geland in Zuid-Holland. Hiermee zal de "eindscore" voor Zuid-Holland in de Europese begrotingsperiode 2014-2020 fors hoger uitvallen dan de vorige begrotingsperiode 2007-2013 (totaal € 1,0 miljard). Het betreft onder andere middelen voor R&D (Horizon 2020) en Trans-Europese netwerken. Er zijn ook middelen uit programma’s waarop we als provincie direct invloed hebben, waarvan onderstaande tabel een overzicht biedt:

Europese subsidieprogramma’s periode 2014-2020 – i.r.t. prestatie indicator 4.1.7.a
(bedragen x € 1 mln)

Kansen voor West II (EFRO)

33,8

Plattelandsontwikkelingsprogramma POP3 (ELFPO)

28.5

Agrarisch natuur- en landschapsbeheer ANLb (ELFPO)

23.7

Interreg

27,7

Overig

5

Totaal

118,7

Rol provincie
De provincie is op drie manieren betrokken bij projecten die worden gefinancierd met Europese subsidies; (1) door zelf te participeren in een project als eindverantwoordelijke of als partner, (2) door het verlenen van cofinanciering aan een project, of (3) het begeleiden van een project. De uitdaging is om de mogelijkheden die de EU biedt samen met partners van de provincie te verzilveren. De provincie speelt hierbij een actieve, sturende rol. Binnen diverse programma’s heeft de provincie een wisselende rol in de besluitvorming over de toekenning van subsidies. Vanaf eind 2015 zijn de eerste Europese projecten binnen de lopende begrotingsperiode (2014-2020) ten uitvoering gekomen. Deze projecten hebben een meerjarig karakter. Voor meer informatie kijk op de website van de provincie Zuid-Holland.

Realisatie
Op dit moment ligt de focus op het van de grond krijgen van voldoende projecten, om 100% van het beschikbare budget te benutten. Daarnaast is het van belang de voortgang van de projecten en de benutting (en uitputting) van de voor Zuid-Holland beschikbare budgetten goed te monitoren. Dit staat ook in directe relatie tot prestatie-indicator 4.1.7.a in programma 4 van de begroting: het bedrag dat is benut binnen EU subsidieprogramma’s (OP Kansen voor West II, POP3, Interreg en overige) in de periode 2014-2020. Aangezien de meeste projecten een looptijd hebben van drie jaar, is het eind 2017 mogelijk om te rapporteren over de eerste gerealiseerde projecten. Het is tot 2020 nog mogelijk om subsidieaanvragen voor projecten in te dienen, die vervolgens een looptijd hebben van maximaal drie jaar. Hoewel de begrotingsperiode al eerder eindigt, moet de volledige € 118,7 mln dus pas aan het einde van 2023 zijn gerealiseerd.